Al maanden juridische strijd nadat elektrische fiets voor brand in fietsenwinkel zorgde

De brand die begin 2024 uitbrak in een fietsenwinkel aan de Linnaeusparkweg in Oost, blijkt te zijn veroorzaakt door de accu van een elektrische fiets. Door de brand ontstond niet alleen veel schade, maar ook een langlopend juridisch conflict tussen de winkel en de pandeigenaar.  Na de brand deed een schade-expert onderzoek. Het bedrijf concludeerde dat de brand ontstond in de accu van een e-bike die door de winkel gerepareerd zou worden. De acculader was tijdens de brand niet aangesloten op de e-bike, zo werd met zekerheid vastgesteld.  Uitkering  Eind februari spraken de betrokken partijen af dat de winkeleigenaar de verbrande spullen zou weghalen. Een aannemer heeft later in opdracht van de pandeigenaar sloopwerkzaamheden uitgevoerd. De fietsenwinkel kreeg van de eigen verzekeraar een uitkering, maar die verzekeraar zei in de zomer daarmee te stoppen, omdat de herstelwerkzaamheden nog niet begonnen waren. De fietsenwinkel vroeg de pandeigenaar om met spoed aan het herstel van de zaak te beginnen, maar de pandeigenaar antwoordde opeens dat de winkel zelf verantwoordelijk was voor de schade en die ook zou moeten betalen. De winkel was het daarmee oneens. Verder zei de pandeigenaar dat de staat van de fundering matig bleek en dat er dringend funderingsherstel nodig was.   Hoger beroep Een paar maanden later vond er een kort geding plaats. De uitkomst daarvan was dat de pandeigenaar binnen zeven dagen moest starten met het herstel en het pand binnen uiterlijk een maand klaar moest hebben, tenzij er al eerder met funderingswerkzaamheden gestart was. De pandeigenaar ging tegen dat vonnis in hoger beroep, waardoor er nog geen dwangsom opgelegd kan worden.  De fietsenwinkel spande een nieuw kort geding aan om het rapport over de staat van de fundering dat de pandeigenaar liet doen in handen te krijgen. Een paar weken geleden oordeelde de kantonrechter dat de pandeigenaar dat rapport inderdaad moet geven. De kantonrechter is het met de fietsenwinkel eens dat het rapport inderdaad een 'uiterst belangrijke factor' in het conflict met de pandeigenaar is. Met het rapport in handen hoopt de fietsenwinkel in het proces over de herstelwerkzaamheden gelijk te krijgen, maar het is nog niet duidelijk hoelang de juridische strijd nog zal duren.