Dakloze man met 123 kilo ketamine in auto moet acht maanden zitten

De rechtbank heeft een 28-jarige man veroordeeld tot twaalf maanden gevangenisstraf, waarvan vier maanden voorwaardelijk, voor het vervoeren van ruim 123 kilo ketamine.  De man komt op 12 december 2024 in de problemen wanneer de politie het kenteken checkt van de huurauto waarin hij rijdt. Het rijbewijs van de officiële huurder is namelijk twee dagen eerder ingenomen. De man verklaart aan de agenten dat hij de auto heeft geleend van een vriend. De politie besluit daarop de auto door te zoeken. Het is volgens de rechtbank tenslotte een bekend fenomeen dat huurauto's wel eens worden uitgeleend voor criminele activiteiten.  Op de achterbank treffen agenten een grote blauwe sporttas aan en in de achterbak liggen drie witte kartonnen dozen. Daarin blijken zakken te liggen met kleine, witte kristallen. De man wordt vervolgens aangehouden en moet mee naar het bureau. Eenmaal bij het cellencomplex biecht de man ongevraagd alles op: "Ik beken het maar. Het is van mij. Mijn vriend heeft er niets mee te maken. Ik ben de chauffeur. Het is ketamine." Ook zou de man, die geen vaste woon- en verblijfplaats heeft, 'slechts' 300 euro hebben gekregen voor de klus. Naar eigen zeggen wilde hij het geld gebruiken om te voorzien in basisbehoeften.  Oordeel De rechter merkt op dat de man niet de opdrachtgever was en ook geen grote schakel in een criminele organisatie is. Maar door zijn gedrag heeft hij hoe dan ook een bijdrage geleverd aan de illegale drugshandel. De rechter vindt daarom een 'aanzienlijke' celstraf passend. Uit het reclasseringsadvies van het Leger des Heils blijkt evenmin dat er sprake is van een crimineel patroon. Hij is niet eerder voor iets dergelijks veroordeeld en heeft het delict enkel vanuit financieel oogpunt gepleegd. Hij heeft bovendien geen dagbesteding, huis of sociaal netwerk. De officier van justitie eist 30 maanden, waarvan twaalf voorwaardelijk. Maar door de persoonlijke omstandigheden van de 28-jarige wijkt de rechter van die eis af. Uiteindelijk moet de man acht maanden de cel in, en nog eens vier maanden extra als hij nog een keer de fout in gaat. Daarbij moet hij zich na vrijlating aanmelden bij de reclassering en verblijven in een instelling voor begeleid wonen.