Gemeente en GVB willen met deportaties Joden verdiende geld teruggeven
Het geld dat verdiend is door trams aan de nazi's te verhuren voor deportatie van Amsterdamse Joden wordt gedoneerd. Dat maken de gemeente en het GVB vandaag bekend. Ook krijgen de tramhaltes waar Joden moesten instappen een gedenkteken. Aanleiding voor de plannen is het boek 'Verdwenen Stad', over de tram die in de Tweede Wereldoorlog werd gebruikt voor deportatie. Makers van het boek, waar ook een film van gemaakt werd, brachten eerder deze maand aan het licht dat het GVB een cruciale rol speelde in de deportatie van tienduizenden Joden in Amsterdam. Teruggeven In een persbericht zeggen het college en het GVB dat ze afstand willen doen van het geld dat hiermee verdiend is. Omgerekend gaat het om 61.000 euro, maar de gemeente heeft dat afgerond naar 100.000 euro. Volgens burgemeester Femke Halsema is het bedrag niet bedoeld als schadevergoeding, maar als een teruggave van 'geld dat de gemeente nooit had mogen ontvangen.' Een ander onderdeel van de plannen is het plaatsen van gedenktekens bij de tramhaltes aan de Beethovenstraat, het Victorieplein en de Plantage Middenlaan. Laatstgenoemde halte heet nu nog 'Artis', maar waarschijnlijk verandert die naam naar Artis/Nationaal Holocaustmuseum. Het GVB laat weten daar in ieder geval positief tegenover te staan. Het GVB gaat in haar eigen reisapp extra uitleg geven over de rol van de haltes bij de vervolging van Joden. De gemeente zegt ook te bekijken of er bij station Amsterdam Muiderpoort een gedenkteken kan worden geplaatst. Ander onderzoek Het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) werkt, op verzoek van de burgemeester, sinds 2020 aan een breder onderzoek naar de deportatie van Joodse Amsterdammers in de Tweede Wereldoorlog. Daarin worden naast het GVB ook andere diensten van de gemeente onder de loep genomen. Dat onderzoek is naar verwachting begin volgend jaar klaar. De gemeente laat weten dat daarna bekeken wordt of er opnieuw geld teruggegeven moet worden.
Lees verder