Haperend radioverkeer en missend reddingsstation: reconstructie van een reddingsactie bij Durgerdam

Op een zonnige zondagmiddag, precies een maand geleden, slaat het noodlot toe. In de buurt van Durgerdam op het Buiten-IJ valt een 14-jarige Britse jongen - die niet goed kan zwemmen - van een boot en verdwijnt onder water. Hulpdiensten doen alles wat ze kunnen om hem te redden, maar tevergeefs. Het Buiten-IJ blijkt om verschillende redenen een buitengewoon lastige reddingslocatie. Een reconstructie van een situatie waarin elke seconde telt. Het is 15.27 uur als een Engelssprekend persoon in paniek 112 belt en zegt dat een van de opvarenden van hun motorjacht in het water is beland. Ze kunnen hem niet meer vinden. Exact vier minuten later heeft de meldkamer genoeg informatie verzameld om een alarmering door te geven aan de brandweer, die er met drie duikteams op afgaat. Het is op dat moment nog onduidelijk waar het incident zich precies afspeelt. Hoofdofficier van dienst bij de brandweer André Siebeling legt uit hoe dat komt. Exacte locatie lang onduidelijk “Je moet beseffen: het is geen zwembad waar we het over hebben. Het is een stuk water van kilometers omtrek. De melder wist totaal niet waar hij was. Het was iemand die geen Nederlands sprak. Op zo'n moment wordt er een kruispeiling gedaan.” Bij een kruispeiling wordt er gekeken naar ijkpunten in de omgeving. Er wordt gevraagd wat de melder ziet: is er een vuurtoren bijvoorbeeld, of een eiland, of een dijk? "Uiteindelijk is er nog een keer 112 gebeld door iemand anders die paniek waarnam", vertelt Siebeling verder. "Toen werd de locatie duidelijker."  'Mayday, mayday' Om precies 15.30 uur klinkt ook het noodsignaal over de marifoon. “Mayday, mayday”, wordt er via het communicatiesysteem geroepen. Alle boten in het IJsselmeergebied kunnen via dit kanaal contact met elkaar houden en elkaar helpen als het nodig is. “Motorjacht bij Durgerdam voor anker. Het lijkt alsof iemand verdronken is." Als er een mayday klinkt, komen alle boten die zich geroepen voelen in actie. Dat kunnen bijvoorbeeld particuliere maritieme hulpverleners zijn, die dagelijks op het water zijn. Daarvan gaan er op dat moment drie meteen richting Durgerdam, zo is te horen op de marifoon. De tijden waarop er wordt gesproken op dit kanaal worden automatisch bijgehouden in een logbestand, dat in handen is van NH. Naast de particuliere reddingsboten zijn er ook boten met vrijwilligers van de Koninklijke Nederlandse Reddingsmaatschappij (KNRM). Zij zijn een officiële partner van de Kustwacht, die verantwoordelijk is voor zoek- en reddingsacties in het IJsselmeergebied. De KNRM wordt aangestuurd en gealarmeerd door de Kustwacht. In dit geval is de reddingsboot van de KNRM Blaricum op het moment van de noodmelding toevallig al op het water. Zij vertrekken direct na het bericht over de marifoon, maar het dichtstbijzijnde KNRM-station is in Marken. De vrijwilligers daar krijgen om 15.31, vier minuten na de eerste melding, een alarmering en vertrekken vanuit huis. Vervolgens moeten ze eerst om de dijk bij Marken heen varen - richting Volendam, voordat ze via het Markermeer koers kunnen zetten naar het Buiten-IJ. Politieboten liggen aan IJ-zijde Oranjesluizen Ook de politie zoekt vanaf het moment van de melding mee op het water, maar volgens een woordvoerder van de Amsterdamse eenheid was het onduidelijk op welke locatie er gezocht moest worden. Er is daarom op het IJ gezocht, in plaats van aan de andere kant van de Oranjesluizen. De jongen was namelijk in het Buiten-IJ onder water verdwenen. De Amsterdamse eenheid heeft geen boten aan die kant van het water liggen. “In principe is dat niet ons verzorgingsgebied. Het Buiten-IJ valt namelijk niet onder de Amsterdamse wateren", vertelt een woordvoerder. Om 15.35 uur laat een politieboot van de landelijke eenheid weten dat die onderweg is. Maar ook deze ligt op dat moment aan de IJ-zijde van de Oranjesluizen. "We hebben verschillende opstapplekken voor onze boten", zegt een woordvoerder van de landelijke eenheid. Er ligt een boot in Amsterdam en ook een in Lelystad. De politieboot meldt dan dat het nog zeker twintig minuten duurt om naar de locatie op het Buiten-IJ te komen. Ondertussen is het voor de brandweer nog steeds onduidelijk waar ze precies moeten zijn. Die krijgen om 15.41 uur de exacte coördinaten door. Dat is 14 minuten na de eerste melding. Tekst gaat verder onder de foto. Er vliegt een helikopter boven het zoekgebied en op het water zijn inmiddels veel verschillende reddingsboten aanwezig. Over de marifoon wordt door een van hen aan de Kustwacht gevraagd of ze iets kunnen betekenen.  "Is er al bekend of de duikers onderweg zijn en waar de duikers vandaan komen?" De Kustwacht reageert: "Het is bij ons niet bekend waar die duikers naartoe gaan, waar die vandaan komen en hoe die daar ter plaatse komen. Dat is iets wat de Veiligheidsregio regelt." De particuliere reddingsboot reageert: "Wellicht is het handig als het wordt uitgezocht. Er liggen nu een aantal boten die niet zoveel kunnen betekenen. Misschien kunnen we de duikers ophalen."  Om 15.55 uur zijn alle duikteams op een plek waar ze kunnen worden opgehaald. Waar dit precies is, is achteraf bij alle partijen onduidelijk, maar het is volgens de landelijke eenheid aannemelijk dat ze op een steiger klaarstonden tussen de Schellingwouderbrug en de Zeeburgertunnel. Er is op dat moment geen politieboot of KNRM-boot aanwezig bij de steiger om ze op te halen. KNRM doet er - ondanks norm - langer over dan halfuur Sommige boten die al op locatie zijn zetten sonar in om onder water te zoeken naar iets wat op een mens lijkt. Om 15.57 uur heeft de particuliere reddingsboot Seeker een 'vermoedelijke hit', recht onder de boot waar de jongen vanaf viel. De KNRM uit Blaricum en Marken zijn op dat moment nog onderweg. Blaricum komt om 16.00 uur aan volgens Kees Brinkman van de KNRM. Marken – het dichtstbijzijnde KNRM-station dus – om 16.05 uur, 34 minuten nadat ze door de Kustwacht zijn gealarmeerd. Brinkman: “Het Buiten-IJ ligt net over de grens van de gestelde tijdnorm. Deze overschrijding is bekend bij de Kustwacht en voor de KNRM niet op te lossen zonder een extra reddingsstation.” Tekst gaat verder onder de foto. Jaren geleden is de mogelijkheid voor een extra reddingsstation onderzocht en is er geprobeerd het gemis op te lossen met een Reddingsbrigade bij IJburg. In de zomermaanden is de Reddingsbrigade daar actief, vooral in de weekenden. Duikers mogen hier alleen niet bij aan boord als er iemand onder water moet worden gezocht en de Reddingsbrigade is ook geen officiële partner van de Kustwacht, die de verantwoordelijkheid voor de zoekacties draagt. Buiten-IJ ligt op 'dood punt' voor marifoonverkeer Meerdere keren tijdens de reddingsactie verloopt de communicatie via de marifoon stroef. Ondanks dat de Kustwacht ten tijde van de mayday op de hoogte is van een noodsituatie - dit kan via een andere weg zijn gegaan dan de marifoon - blijkt uit de tape van het marifoonverkeer dat ze de mayday niet hebben ontvangen. Ook geeft een particuliere reddingsboot genaamd ‘Loki’ een bericht door aan de Kustwacht (Den Helder Rescue): de jongen zou vlak achter het schip kopje onder zijn gegaan en er zijn duikers nodig. De Kustwacht geeft vervolgens aan dat de Loki ‘niet te verstaan is’. “Herhaal bericht”, wordt er gevraagd. Vervolgens hoort Loki het bericht niet: “Den Helder Rescue, was dat voor de Loki?” De twee krijgen geen contact met elkaar, waardoor een andere reddingsboot berichten moet doorgeven. Ook tussen de KNRM Marken en de Kustwacht hapert de communicatie. Zo vraagt de KNRM of er hulpverleners aan boord van de boot zijn gegaan waar de jongen vanaf is gevallen, voor mentale ondersteuning. Maar als de Kustwacht antwoord geeft, hoort de KNRM het niet. “Kunt u dat herhalen? Er is niets van te maken.” “Dat is wederzijds.”  Tekst gaat verder onder de foto. Het communicatieprobleem blijkt algemeen bekend onder de reddingsteams en bij de Kustwacht. “We missen een steunzender in dit gebied", laat een woordvoerder weten. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij het ministerie voor Infrastructuur en Waterstaat en het ministerie voor Defensie. Ook zij beamen het probleem. “Er is begin dit jaar een project opgestart voor het plaatsen van een extra steunzender.” Hoelang het gaat duren voordat de steunzender er komt, is onduidelijk. 'Dramatische gebeurtenis' De duikers staan om 15.55 uur klaar om opgepikt te worden. Om 16.00 uur worden de duikers dan ook echt opgehaald door een politieboot van de landelijke eenheid. Om precies 16.11 uur gaan ze het water in. Het duurt uiteindelijk zeventien minuten tot ze de jongen aantreffen. Om 16.28 uur wordt hij uit het water gehaald en gereanimeerd. Eén uur en één minuut nadat de eerste 112-melding binnenkwam. De jongen wordt nog met een ambulance naar het ziekenhuis gebracht, maar daar blijkt dat hij is overleden. André Siebeling van de brandweer: "Het is een dramatische gebeurtenis, laat ik dat vooropstellen. We hebben alles in het werk gesteld om deze persoon te kunnen redden." Of de jongen gered had kunnen worden, is de vraag. Maar de missende steunzender, het feit dat de reddingsstations van de KNRM het Buiten-IJ niet dekken als het aankomt op de 30-minuten-norm, het zoeken naar de exacte locatie van het slachtoffer als ook de samenwerking tussen alle verschillende partijen: op het Buiten-IJ lijken alle uitdagingen van een zoek- en reddingsactie samen te komen.

Lees verder