Kerken vrezen voortbestaan door gebrek aan ruimte en sturen brandbrief aan Halsema

Steeds meer geloofsgemeenschappen hebben geen vaste plek, dreigen hun onderkomen te verliezen of kunnen niet groeien, door gebrek aan ruimte.  Daarom hebben tientallen kerkleiders en enkele bestuurders van overkoepelende kerkorganisaties een brandbrief ondertekend, gericht aan burgemeester Halsema.  De ondertekenaars van de brief zijn vijf bestuurders van overkoepelende kerkorganisaties en 31 kerkleiders, onder wie ook Enzo Pignato van De Evangelische Credo Church in Tuindorp in Noord. De kerk heeft een mooi pand in het bezit. Toch is gebouw volgens Pignato te krap voor de groei die de gemeenschap doormaakt, onder andere door de buurtfunctie van de kerk. "Buren komen hier samen. Sluiten vriendschappen", vertelt Pignato. Gebruik aan ruimte Volgens de ondertekenaars van de brief heeft het gebrek aan ruimte meerdere oorzaken. Zo staat er in de brief dat kerken groeien, maar ook: "Sommige kerken verliezen hun locatie doordat de verhuurder de samenwerking beëindigt of hun gebouw gesloopt wordt, zonder dat er zicht is op een mogelijkheid om te huren in het nieuwe appartementencomplex." Een voorbeeld van een kerk die straks misschien helemaal geen plek meer heeft, is het Maranatha Community Transformation Center (MCTC) in Zuidoost. Deze stichting dient naast kerk al 18 jaar als buurthuis in de H-buurt. Toch moet MCTC het pand verlaten omdat de gemeente andere plannen heeft met het gebouw. Het probleem speelt al enige tijd, toch heeft de gemeente geen nog altijd geen alternatief geboden, is te lezen in de brief. Meedenken  Ook Pignato had op meer hulp van de gemeente gehoopt. Zo diende hij meerdere uitbreidingsplannen in, maar bleef toestemming uit.  Een woordvoerder van burgemeester Halsema laat in een reactie weten: "De burgemeester is altijd bereid in gesprek te gaan met organisaties in de stad. De opstellers van deze brief zullen dan ook worden uitgenodigd in de ambtswoning". Volgens Pignato is praten een goede start, maar blijft het antwoord vaak: "Er is geen ruimte". Hij hoopt dat er door de brief meer nagedacht kan worden over hoe die ruimte kan worden gecreëerd.