Leerkrachten pleiten voor brede brugklassen: "Stel dat beslismoment voor leerlingen nou uit"
Nu de doorstroomtoets voor groep 8-leerlingen achter de rug is en uiterlijk vandaag de resultaten daarvan bekend zijn gemaakt, zijn er veel leerkrachten die twijfelen over het keuzemoment voor een middelbare schooladvies. "We moeten helemaal niet zo vroeg al conclusies willen trekken over een kind." Leerkrachten pleiten voor een 'brede brugklas' om dat moment uit te stellen. "Alsof ik als leerkracht de leerlingen niet goed ken", zo begint Sandra Gerritze. Ze geeft les aan groepen 6, 7 en 8 op de Osdorpse Montessorischool. "Die doorstroomtoets duurt twee dagen en toetst alleen op rekenen en begrijpend lezen, maar wij kennen als leerkracht onze kinderen toch veel beter?" Het is duidelijk, er is flink wat kritiek op en twijfel bij de doorstroomtoets die vanaf dit jaar ingeschakeld is. De eindtoets die tot vorig jaar bij de oudste basisschoolleerlingen werd afgenomen was adviserend voor leerkrachten, maar de nieuwe 'doorstroomtoets' is bindend. Althans, alleen wanneer het resultaat van de toets hoger is dan het advies van de leerkracht. Er zijn zes toetsen waaruit scholen kunnen kiezen, een groot probleem is volgens meerdere scholen het feit dat leerlingen sommige toetsen beter maken dan hun eigen niveau en dat de toetsen te veel verschillen van elkaar in moeilijkheid. Een niveau dat niet bij je past "Zo krijg je kansenongelijkheid", vertelt Gerritze. "Dan zijn er ouders die bijlessen voor hun kinderen kunnen betalen, waardoor die kinderen naar een hoger niveau kunnen." Dat is het eerste probleem, maar ook het feit dat sommige kinderen straks in de eerste klas instromen op een hoger niveau dan zij aankunnen ziet ze als problematisch. "De oplossing? Dat hele beslismoment in groep 8 afschaffen." Volgens Gerritze kan de leerkracht heel goed aanvoelen wat goed is voor een kind en wat niet. Dat afschaffen lukt natuurlijk niet zomaar, daarom probeert de leerkracht zo veel mogelijk naar brede brugklassen te adviseren: een tweejarige brugklas waarbij leerlingen van vmbo-kader tot aan gymnasium bij elkaar in de klas zitten en pas na die brugklasjaren hun uiteindelijke niveau kiezen. Op de Open Schoolgemeenschap Bijlmer (OSB) wordt zo'n brugklas al tientallen jaren gehanteerd. Directeur Maryse Knook ziet ook de afgelopen drie jaar goede resultaten: 34 procent van de leerlingen gaat na twee jaar door op een niveau dat hoger ligt dan het basisschooladvies, 13 procent op een lager niveau. "Wij proberen kinderen nog even de tijd te geven. De een heeft wat langer nodig om op bijvoorbeeld taalniveau te groeien." Achterstand door migratie Dat laatste ziet ook Gerritze veel: "Veel kinderen met een migratie-achtergrond hebben een taalachterstand en hebben gewoon langer nodig om zich te ontwikkelen en erachter te komen waar hun kwaliteiten liggen." Ze vindt het onredelijk om na een paar jaar meteen te zeggen wat haar leerling wel en niet waard is. Ook de leerlingen op de OSB zien het voordeel ervan in: "Het kan in ieder geval geen kwaad", laat een derdeklasser weten. Veel kinderen die we spreken gaan na klas twee door op een niveau dat afwijkt van hun basisschooladvies. "Ik vond het heel fijn om eerst even aan de middelbare te kunnen wennen, en dan daarna pas te hoeven kiezen." Welke school de aspirant middelbare scholieren kiezen moeten ze voor 31 maart doorgeven via een top 4, 6 of 12. Op welke school ze uiteindelijk terechtkomen, blijkt over een paar weken als de loting en matching bekend wordt.
Lees verder