Ondanks afschaffen voorrangsregels toch minder leerlingen ingeloot op school uit favoriete top 3
Dit jaar is 91,9 procent van de achtstegroepers ingeloot op een school uit hun top 3. Dat zijn relatief minder leerlingen dan vorig jaar, ondanks het afschaffen van alle voorrangsregels om het lotingsysteem te verbeteren. Volgens de vereniging van Amsterdamse schoolbesturen (OSVO) spelen bij de loting ook andere dingen mee, zoals de resultaten van de doorstroomtoets (voorheen eindtoets). Leerlingen uit groep 8 kiezen − afhankelijk van het middelbare schoolniveau − een top 4, top 6 of top 12 aan voorkeursscholen. Tot en met vorig jaar kregen leerlingen van Montessori-, Vrije School en Daltonbasisscholen nog voorrang op een middelbare school van hetzelfde type. En daarvoor kregen leerlingen ook voorrang op een school waar al een broer of zus op zat. Al die regels zijn afgeschaft om te zorgen dat alle scholieren gelijke kansen hebben. Maar het doel om 99,9 procent van de leerlingen op een school uit hun top 3 te plaatsen, is dit jaar zelfs verder uit zicht. Ook het percentage leerlingen dat op hun eerste voorkeursschool is geplaatst is met twee procentpunten gedaald naar 76,12. Niet in top 5 Van de 7676 leerlingen die meededen aan de loting zijn er 250 niet eens op een school uit hun top 5 geplaatst. Eén moet zelfs naar hun laatste keuze − dat is er één meer dan vorig jaar. Volgens de vereniging van Amsterdamse schoolbesturen hebben er echter meerdere factoren invloed op de plaatsing: dit jaar kunnen de keuzelijstjes anders zijn ingevuld vanwege het wegvallen van die voorrangsregels. Ook maakt het uit hoe de leerlingen hun doorstroomtoets hebben gemaakt.
Lees verder