Rechtbank: gemeente Amsterdam handelde niet zorgvuldig bij intrekken parkeervergunningen
De gemeente Amsterdam heeft niet zorgvuldig gehandeld bij het intrekken van de parkeervergunningen van een aantal bewoners en ondernemers in de Gelderlandpleinbuurt. Dat heeft de rechtbank deze week geoordeeld. In het geval van de ondernemers moet de gemeente nieuwe besluiten nemen, maar het besluit over de vergunningen van de bewoners blijft wel in stand. Zowel de bewoners als de ondernemers hadden al jaren een parkeervergunning voor op straat, maar ze kregen in 2021 een brief waarin stond dat die vergunning ingetrokken werd. Als reden gaf de gemeente dat er plek was in ondergrondse parkeergarages en dat er dus een nulplafond geldt. In die garages parkeren is veel duurder en dus stapten de bewoners naar de rechter. De rechtbank vindt dat er inderdaad 'niet langer wordt voldaan aan de voorwaarden in de Parkeerverordening'. Tegelijkertijd is niet gebleken dat de gemeente 'een belangenafweging heeft gemaakt' bij het instellen van dat nulplafond. "Niet is gebleken dat de gemeente onderzoek heeft gedaan naar de eventuele negatieve gevolgen die het instellen van het nulplafond zou kunnen hebben voor vergunninghouders", schrijft de rechtbank in zowel het vonnis van de ondernemers als het vonnis van de bewoners. "Er hebben bijvoorbeeld geen inspraakavonden plaatsgevonden waarbij belanghebbenden bun zienswijzen naar voren hebben kunnen brengen. Ook is niet gebleken dat op andere manieren de belangen van bestaande vergunninghouders in kaart zijn gebracht." De gemeente gaf als tweede argument dat er meer stallingplaatsen zijn en op dat punt verschillen de vonnissen wel. Zo schrijft de rechtbank dat in de erfpachtvoorwaarden van het appartementencomplex van de bewoners staat dat er 69 parkeerplaatsen beschikbaar waren in een parkeergarage even verderop. "Zij hadden een dergelijke parkeerplaats kunnen kopen en/of huren. Dat eisers ervoor hebben gekozen dat niet te doen, komt voor hun rekening en risico", schrijft de rechtbank in het vonnis. Huurcontracten De ondernemers hadden die informatie niet gekregen. Zo stond er in hun huurcontracten geen optie tot het huren of kopen van een parkeerplek. Ook liet de gemeente de ondernemers niet weten welke alternatieve parkeerplekken ze hadden toen ze tegen het besluit protesteerden. De bewoners hebben daarmee geen gelijk gekregen en raken hun parkeervergunning, die ze nu nog hebben omdat de gerechtelijke procedure nog liep, kwijt. De gemeente moet wel opnieuw kijken naar de bezwaren van de ondernemers en daarbij binnen acht weken nieuwe besluiten nemen, waarbij rekening wordt gehouden met het vonnis van de rechtbank. Ook moet de gemeente hen ruim 2600 euro aan proceskosten betalen.
Lees verder