Roze Filmdagen nog steeds hard nodig: "De meeste films zijn heteronormatief"

De Roze Filmdagen, het grootste LHBTIQ+ filmfestival van Nederland, zijn weer van start gegaan. Vorig jaar werd voor het eerst een prijs uitgereikt aan jong talent met een goed filmidee. De Amsterdamse filmregisseur Jottum Kok won toen en gisteren, een jaar later, ging zijn film in première.  De prijs is bedoeld om jonge, queer filmmakers te ondersteunen in het maken van een volgende film. "Het was eigenlijk een steuntje in de rug", zegt Kok. "In een jaar tijd hebben we daardoor onder begeleiding deze film gemaakt".  De film van Kok heet Groeipijn en gaat over twee tienerjongens die ervaren hoe seksualiteit hun vriendschap beïnvloedt. Het verhaal is gebaseerd op persoonlijke ervaringen van de filmregisseur: "Ik was jong toen ik uit de kast kwam en had een beste vriend die heteroseksueel was", vertelt Kok. "Wij zijn toen langzaam uit elkaar gegroeid".  Het filmfestival is nog altijd hard nodig. Dat vindt Werner Borkes, festival directeur van de Roze Filmdagen. "In deze tijd is het belangrijk dat we queers op een positieve manier laten zien, want de wereld wordt grimmiger en homo- en transfobie neemt steeds meer toe".  Volgens Borkes worden queer personen nog altijd slecht gerepresenteerd in reguliere bioscopen: "Het is vooral heteronormatief".  De Roze Filmdagen duren tot 30 maart en zijn te bezoeken in Het Ketelhuis op het Westergasterrein.