Zorgsysteem faalde rondom dader van dodelijke steekpartij Robert Scottstraat
De man die in de zomer van 2023 zijn buurman doodstak in de Robert Scottstraat was al ruim vijftien jaar bekend bij de politie. Volgens onderzoekers hadden instanties beter samen moeten werken en hadden ze meer moeten communiceren met de buren die de overlast meldden. Dat blijkt uit een donderdag gepubliceerd onderzoeksrapport. Tolga Ö. woonde sinds 1993, hij was toen zes jaar oud, in de Robert Scottstraat. Volgens betrokkenen was Ö al op jonge leeftijd heel druk, luisterde hij slecht en eiste hij veel aandacht op. De afgelopen zestien jaar kwam hij veelvuldig in aanraking met de politie en werd hij meerdere keren veroordeeld tot maandenlange celstraffen. Zwaargewond In de zomer van 2017 kreeg hij bijvoorbeeld in hoger beroep negen maanden celstraf voor een straatroof uit 2015. Terwijl hij vastzit, wordt hij opgenomen in de Top600-aanpak. Hij mag zijn celstraf in 2017 onderbreken voor een verblijf in Turkije met zijn ouders. Daar raakt hij zwaargewond bij een vechtpartij en belandt hij in kritieke toestand op de intensive care. Ö overleeft het en keert eind 2017 terug naar Nederland. In 2018 meldt zijn moeder bij de politie dat haar zoon 24 uur per dag met een mes rondloopt. Ook wordt gemeld dat hij een van zijn ouders dood wil hebben en dat hij in Turkije iemand heeft neergestoken. Zijn broer laat in februari 2018 weten dat er dringend psychische hulp nodig is en doet aangifte van een geweldsincident uit 2016. De jaren daarop wordt hij vaker opgepakt en veroordeeld, onder meer voor een poging tot inbraak bij en coffeeshop. Een forensisch arts die hem in de cel bezoekt rapporteert dat hij niet verward, maar 'onverschillig en arrogant' is. In augustus 2022 overlijdt de vader van Ö, die eerder nog een 'dempend effect' op hem had. "Vanaf dat moment lijkt hij door niemand meer te kunnen worden aangesproken op zijn gedrag en wordt hij volgens zijn omgeving steeds meer paranoïde", staat er in het rapport. Bovendien geeft hij zijn moeder de schuld van zijn vaders dood. Klachten van buren Vanaf 2020 beginnen de klachten van buren. Ö is enorm luidruchtig, hij schreeuwt en stampt 's avonds en 's nachts. De wijkagent, GGD en Eigen Haard komen verschillende keren langs. Een jaar later zijn er elf overlastmeldingen. In 2022 verblijft hij een paar maanden in Turkije. Na terugkomst komt hij voor de zoveelste keer in aanraking met de politie, dit keer omdat hij zonder licht in verkeerde richting rijdt en op een andere plek de maximumsnelheid met 50 kilometer per uur overschrijdt. Bij het Meldpunt Zorg en Woonoverlast (MZWO) geeft de moeder eind juli 2023 aan dat ze niet meer slaapt. Haar zoon is nog steeds agressief tegen haar en heeft zijn dag-nachtritme omgedraaid. Het team Vangnet van de GGD (GGDVA) wordt ook op de hoogte gesteld. Zowel de op dat moment betrokken medewerkers van het MZWO en de GGD weten alleen niet van de eerdere meldingen en geweldsincidenten. Er wordt een huisbezoek gepland voor 3 augustus en de wijkagent wordt gemaild. Balkon Twee dagen voor dat huisbezoek is de fatale steekpartij. Een buurman overlijdt, een andere buurman raakt zwaargewond. Ö staat daarna met een bebloed shirt op zijn balkon te schreeuwen. Agenten kunnen hem later arresteren. "We constateren dat de systeemwereld onvoldoende gebruik heeft gemaakt van de collectieve kennis en ervaringen van de melders", concludeert het rapport. "Er is op geen moment een gesprek geweest tussen de vier betrokken partners van het MZWO (politie, GGD, Eigen Haard en MZWO zelf) gezamenlijk en de melders om uit de eerste hand te horen hoe erg de overlast was, hoe persoonsgericht de acties van Ö. soms waren en welke interventies mogelijk/wenselijk waren." Heftige emoties Volgens de opstellers van het rapport hebben alle betrokkenen zich wel 'naar eer en geweten ingespannen om het dodelijk steekincident te voorkomen'. "Dat het niet gelukt is, heeft heftige emoties losgemaakt. We hebben veel emotionele gesprekken gevoerd met slachtoffers en medewerkers van betrokken instanties. Deze medewerkers hebben zichzelf vaak ook afgevraagd wat ze anders en beter hadden kunnen doen om dit heftige voorval te voorkomen." Het rapport is gericht op 'leren en verbeteren, niet op afrekenen'. Er waren ook meerdere omstandigheden die de kwestie nog lastiger maakte. Ö. weigerde telkens elke hulp en zorg. Ook was zijn moeder huurder en kon Eigen Haard alleen haar formeel waarschuwen. "Er bestond daarom ook terughoudendheid om een juridische procedure te starten om de huur van moeder op te zeggen, aangezien ze in zekere zin ook slachtoffer was van het gedrag van haar zoon." De moeder gaf ook tegenstrijdige signalen, soms zei ze juist dat het goed met haar zoon ging. Verder stopten buren vanaf de tweede helft van 2021 met het melden van overlast. Het was toen weliswaar rustiger, maar de overlast was niet weg. Toch hadden buren geen zin meer om die overlast te melden, omdat het onduidelijk was wat er met hun meldingen gebeurde. De onderzoekers spreken van 'meldingsmoeheid'. De onderzoekers trekken meerdere conclusies: Onderzoekers raden onder meer aan om melders vaker te spreken en hen ook (vanwege privacywetgeving tot op bepaalde hoogte) te informeren over vervolgstappen. Ook moeten zorgprofessionals die merken dat ze te weinig kunnen doen dat kunnen melden zonder al te veel bureaucratie. Volgens de onderzoekers moet overwogen worden om de wethouders Zorg en Sociale Zaken erbij te betrekken. Verder moet er op leer- en werkplaatsen geleerd worden van complexe zaken en dilemma's.
Lees verder